Abdis Jutta van Gennep
Jutta van Gennep
Jutta van Gennep was de eerste Abdis van Klooster Graefenthal. Haar familie is vooral bekend geworden door Norbertus van Gennep, de stichter van de kloosterorde der Norbertijnen. Jutta kwam van het Genneperhuis, een regionaal bestuurscentrum, gebouwd op de plek waar de Niers en de Maas samenkwamen. Zij nam het initiatief voor het heffen van tol voor schepen die Gennep wilde passeren (Maastol). Maar nu eerst wat voorgeschiedenis.
Norbertus van Gennep
Norbertus werd geboren tussen 1080-1085. Zijn moeder Hedwig zou de dochter zijn geweest van Gerard III, de machtige hertog van Opper-Lotharingen en Hedwig van Namen. Zijn vader, Heribertus van Gennep, was een afstammeling van Lotharingen en dus een van de nazaten van de keizer Karel de Grote.
Norbertus van Gennep leefde vanaf jonge leeftijd aan het hof van de Keulse aartsbisschop en aan het hof van keizer Hendrik V. Hij kwam dus niets te kort.
In het voorjaar van 1115 kwam Norbertus tijdens zijn reis te paard in een onweersbui terecht. De bliksem sloeg vlak voor de voeten van zijn paard in waardoor een scheur in de aarde, zo groot als van een mens, ontstond. Zijn paard steigerde en wierp Norbertus op de grond. Dit was het moment dat Norbertus besloot zijn werelds georiënteerde weelderige leven op te geven en die in dienst van de kerk te stellen. Hij werd priester en trad in in het klooster van de kanunniken in Kloosterrade (iets boven Aken). 10 jaar later volgde hij de abt van het klooster op.
Op enig moment vertrok hij naar Frankrijk. Van de bisschop van Laon ontving hij een stuk grond in Prémontré om een eigen klooster te bouwen. Hij leefde volgens de regels van Augustinus en vulde deze aan. Aangesloten broeders legden een eed af van armoede en waren herkenbaar aan hun witte pijen. Binnen de orde was gemeenschapszin heel belangrijk. De broeders richten zich niet alleen op gebed, maar verzorgden ook praktische prediking en zielzorg in de omgeving. De Norbertijnen werden al snel populair. In heel Europa werden Norbertijnse kloosters gesticht. Grondlegger Norbertus van Gennep stierf in 1134.
Stichting van de Orde der Cisterciënzers
In 1098 stichtte de edelman Robert van Molesme bij Cîteaux een nieuwe kloosterorde. Deze actie was eigenlijk uit protest tegen andere kloosters, omdat zij, volgens hem, de regels van Benedictus onvoldoende naleefden. Deze nieuwe kloosterorde noemde hij de Orde der Cisterciënzers. Onder leiding van de beroemde abt Bernard van Clairvaux (na 1115) maakte de Cisterciënzers een grote bloei door. Dit was in dezelfde tijd dat Norbertus van Gennep zijn kloosters stichtte.
Jutta neemt het stokje over
Hoewel de precieze geboortedatum van Jutta van Gennep niet bekend is, zal zij zeker zijn opgevoed met verhalen over haar beroemde familielid Norbertus van Gennep. In 1275 wordt Jutta abdis van het Cisterciënzer vrouwenklooster Graefenthal. Het is niet bekend of zij daarvoor non was.
In het archief van Klooster Graefenthal, wat bewaard wordt in Collegium Augustinianum Gaesdonck, is een waszegel van haar bewaard gebleven.
Haar broer, Hendrik I van Gennep, werd omstreeks 1220 geboren en overleed rond 1280. Hendrik I was een goede bekende van de graaf Otto II van Gelre en van de graaf van Kleef. In die tijd gingen deze twee graafschappen goed met elkaar om. Graaf Otto II was getrouwd met Margaretha van Kleef.
Over Jutta is verder weinig bekend. De nonnen van Klooster Graefenthal moesten altijd van adel zijn, degene met de hoogste adellijke rang werd abdis. Jutta was dus van hoge adel en haar familie had veel te zeggen in de regio. Het moet voor Otto II een eer zijn geweest om dit familielid van de beroemde Norbertus van Gennep tot abdis te benoemen.
Bijzondere tijd voor Klooster Graefenthal
De tijd waarin Jutta van Gennep als abdis de scepter zwaaide, was een bijzondere tijd voor het klooster. Het nonnenhuis werd afgebouwd en de kerk verfraaid.
Na zijn dood in 1271, kreeg graaf Otto II van Gelre een praalgraf in de toen nog bestaande kerk van het klooster. Iedere zondag bidden Jutta en haar nonnen voor zijn zielenheil. Veel pelgrims en hoge edelen kwamen jaarlijks hun eer betonen aan deze grote graaf.
Oorlog tussen Limburg en Brabant
Klooster Graefenthal genoot tijdens het bewind van abdis Jutta van Gennep de bescherming van graaf Reinoud I. Deze graaf was pas 17 jaar toen hij zijn vader in 1271 opvolgde. Hij trouwde met Ermgard van Limburg. Ermgard stierf al in 1283 en werd ook begraven op Klooster Graefenthal. Reinoud betaalde het klooster goed om te bidden voor haar zielenheil.
Na haar dood eiste Reinoud I Limburg op (het huidige Zuid-Limburg met grote gebieden ten zuiden daarvan). Hij was echter niet de enige. Ook Hertog Jan van Brabant vond dat hij er recht op had. Dit leidde tot een 5-jarige oorlog, in welke Jan van Brabant vele Gelderse gebieden aanviel. De strijd werd beslecht bij de Slag bij Woeringen in 1288, waarbij duizenden doden vielen. Reinoud I verloor de strijd.
Slag bij Woeringen, 1288.
Illustratie 1440/50 van een versie (KBR mss. IV 684) van de kronieken “Brabantsche Yeesten” (ca. 1316-1350)
van Jan Van Boendaele, genaamd de Clerc (overleden in 1365).
Hij werd gevangen genomen en kwam pas na het betalen van veel losgeld weer vrij. Ook moest hij vier kastelen en de stad Tiel afstaan aan Brabant.
De oorlog had grote verwoestingen veroorzaakt in Gelre. Reinoud besteedde veel geld aan het wederopbouwen van zijn steden en kastelen en aan het terugbetalen van zijn losgeld. Reinoud trouwde met Margaretha van Vlaanderen, de steenrijke dochter van de graaf van Vlaanderen. Deze verklaarde zich bereid om Reinoud veel geld te lenen in ruil voor een onderpand gedurende 5 jaar: Gelre en Zutphen. Het waren moeilijke tijden in Gelre. Graaf Otto II kon trots zijn op zijn zoon Reinoud I. Reinoud wist in 5 jaar tijd zijn schulden af te lossen waarna hij, net als zijn vader, werkte aan de bloei van Gelre.
Of Klooster Graefenthal veel heeft geleden onder de oorlog met Brabant is niet bekend. Wel is bekend dat het klooster in die tijd vele rechten en bezittingen kreeg.
Jutta van Gennep stierf op 15 december 1298 en werd opgevolgd door Mechtildis van Bylandt.
Neer over Norbertus von Gennep